Focaccia: de Italiaanse gastvrijheid op je bord
Herkomst focaccia
Focaccia is een traditioneel Italiaans platbrood dat oorspronkelijk afkomstig is uit de regio Ligurië in Noordwest-Italië. Het wordt beschouwd als een van de oudste vormen van brood en heeft een lange geschiedenis die teruggaat tot de oudheid. Focaccia wordt traditioneel gemaakt van bloem, water, gist, olie en zout, en het deeg wordt vaak op smaak gebracht met kruiden zoals rozemarijn en olijfolie. Tegenwoordig zijn er veel variaties van focaccia, maar de oorsprong ligt in Italië, waar het nog steeds een populair en geliefd brood is.
Recept voor 4 personen
Voor het deeg van de focaccia:
500 gram Italiaanse bloem 00
350 ml lauwwarme water
1 zakje gister 7 gram
2 eetlepels suiker
snufje zout
60 ml olijfolie
olijfolie om de schaal mee te besmeren
Topping van de focaccia:
gekonfijte uitjes. (Zie recept op mijn pagina)
of
paar takjes rozemarijn
zeezout
olijfolie
gedroogde oregano
gedroogde tijm
Om de focaccia te bakken:
ovenschaal met lengte 30 cm
bakpapier
Bereiding
Stap 1: Begin met het maken van het deeg. Meng de gist, suiker en water in een kom. In een aparte grote kom, combineer de bloem en zout en meng goed door elkaar. Voeg vervolgens het gistmengsel toe aan de bloem en roer alles goed door met een lepel. Voeg nu de olijfolie toe en roer alles met een lepel tot een plakkerig deeg. Het is normaal dat het deeg aan de lepel blijft plakken. Heb vertrouwen in het proces. Het deeg zal plakkerig zijn, maar dat is prima.
Stap 2: Neem een nieuwe, schone kom en giet hierin een beetje olijfolie. Verdeel de olie gelijkmatig over de hele kom, zodat het deeg niet aan de kom blijft plakken. Plaats het deeg in de kom en dek het af met plasticfolie. Laat het deeg nu rijzen door de kom op een warme plek te zetten, afgedekt met een handdoek, gedurende 1 uur.
Stap 3: Als het deeg twee keer zo groot is geworden, is het klaar. Bekleed een ovenschaal van 30 cm lang met bakpapier. Ik houd het bakpapier altijd even onder water zodat het makkelijker te vormen is en beter in de schaal blijft liggen. Besmeer het bakpapier met olijfolie en strooi royaal zeezout over de bodem.
Stap 4: Laat het gerezen deeg in de ovenschaal vallen zonder het te kneden. Maak de achterkant van een lepel nat met water en druk het deeg plat zodat het gelijkmatig over de hele schaal verdeeld is. Dek de schaal opnieuw af en laat het deeg nog eens 10 minuten rijzen. Verwarm ondertussen de oven voor op 200 graden Celsius.
Stap 5: Maak met je vinger gaatjes in het deeg om de klassieke focaccia-structuur te creëren. Druk niet te hard. Besprenkel de focaccia met je favoriete verse kruiden, zeezout en olijfolie. Ik heb gekozen voor gekonfijte uitjes en rozemarijn. Als je de klassieke versie wilt, meng dan alle kruiden en strooi deze over de focaccia. Bak de focaccia vervolgens in de oven gedurende minstens 30 minuten, tot de boven- en onderkant goudbruin zijn. Besprenkel de focaccia nogmaals met olijfolie en serveer het warm.
Bon appetito
